Skip to main content

Volg ons

Hoe werkt hiv-medicatie


In het kort

  • Hiv-medicatie onderdrukt hiv effectief
  • Voor de de meeste mensen is één pil per dag genoeg
  • Je kunt ook kiezen voor langer werkende hiv-medicatie per injectie
  • Bijwerkingen? Vertel het je arts
  • Overstappen op andere medicatie
  • Meld bijwerkingen ook centraal

Hiv-medicatie onderdrukt hiv effectief

Met medicatie wordt hiv in je lichaam effectief onderdrukt. De medicijnen dringen de hoeveelheid hiv zodanig terug dat het virus bijna of zelfs helemaal niet meer terug te vinden is in je bloed. Je kunt hiv dan niet meer overdragen op een ander, ook niet bij seks zonder condoom.

Er zijn tegenwoordig verschillende manieren waarop je deze medicatie kunt gebruiken: je kunt kiezen voor pillen die je elke dag moet nemen, of voor een injectie elke twee maanden. 

Voor de meeste mensen is één pil per dag genoeg

Er zijn heel veel verschillende soorten hiv-medicatie. Als het ene type medicijn niet goed werkt voor jou – bijvoorbeeld omdat je last krijgt van bijwerkingen of omdat het virus niet goed wordt onderdrukt –  dan zijn er nog heel wat andere opties die wel werken.

Voor de meeste mensen volstaat één pil per dag, soms zijn het er twee of drie. De meeste mensen hebben geen of nauwelijks last van bijwerkingen, ook niet op langere termijn.   

Je kunt ook kiezen voor langer werkende hiv-medicatie per injectie

In 2020 kwamen er injecties op de markt voor hiv-medicatie die eens per twee maanden toegediend moeten worden. Sinds 2021 worden deze in Nederland vanuit de basisverzekering vergoed.

Het gaat om twee verschillende injecties (cabotegravir en rilpivirine) die je samen gebruikt. De injecties zijn vooral een uitkomst voor mensen die moeite hebben met dagelijks een pil slikken.

De injecties kunnen alleen door een zorgprofessional kunnen worden gezet, en niet alle hiv-behandelcentra zijn daarvoor toegerust. Eens per twee maanden is voor de meeste mensen met hiv een hoge frequentie om op consult te komen. Daarom is dit voor de meeste mensen met hiv nog geen goed alternatief voor dagelijks pillen slikken. 

Bijwerkingen? Vertel het je arts

Als je start met hiv-medicatie of overstapt op nieuwe, kun je last krijgen van bijwerkingen. Regelamtig voorkomende korte-termijnbijwerkingen in deze fase zijn: vermoeidheid, misselijkheid, overgeven, diarree en hoofdpijn. Geen pretje, maar deze bijwerkingen verdwijnen normaal gesproken uiterlijk een paar weken na de start met de medicatie. 

Houden de bijwerkingen aan, zeg dit dan tegen je behandelaar of hiv-consulent. Jij bent de expert van je eigen lichaam en artsen zien niet alles.

Nogal wat mensen met hiv hebben last van vermoeidheid. Ervaar jij dit ook, aarzel dan niet om dit ter sprake te brengen bij je hiv-behandelaar of hiv-consulent. Samen ga je op zoek naar een oplossing.

Overstappen op andere medicatie

Veranderen van hiv-medicatie is meestal mogelijk, en soms moet het. Bijvoorbeeld omdat de huidige hiv-remmers niet goed werken, vanwege allergische reacties of andere bijwerkingen.

Als de medicatie die je gebruikt niet optimaal werkt, is het belangrijk dat je met je arts de oorzaken probeert te achterhalen. Samen bekijken jullie wat het beste vervolg is.

Bespreek met je behandelaar wat de voordelen van nieuwe medicatie zijn, welke bijwerkingen er mogelijk aan vast zitten en wat eventuele voedselvoorschriften zijn. Soms moet je je pil innemen bij de maaltijd, of juist een paar uur ervoor of erna. 

Meld bijwerkingen ook centraal

Het is waardevol om de bijwerkingen te melden bij Bijwerkingcentrum Lareb. Lareb deelt de bijwerkingen met het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen, die gaat over geneesmiddelenbewaking in Nederland en Europa.

Bijwerkingen kunnen een reden zijn om een middel van de markt te halen of om aan te scherpen aan wie het voorgeschreven mag worden. Ook kan de bijwerking toegevoegd worden in de bijsluiter en kan een screening worden verplicht op potentiële ernstige bijwerkingen.