Mijn dochter van bijna dertien verzucht wel eens “Mam, jij hebt gewoon ADHD…” Nu zijn pubers over het algemeen nogal lui en is deze geen uitzondering, dus ik weet wie het zegt. Mijn dagen zijn goed gevuld en vaak eigenlijk een beetje te goed. Ik verzucht regelmatig dat 24 uur op een dag niet genoeg is.
’s Morgens gaat de wekker om zes uur en dan komt de dag een langzaam op gang, als een diesel. En het dieselt gewoon door tot ’s avonds. Dag in, dag uit. Er is altijd wel iets te doen. Aan de krant – ik heb een weekendabonnement – kom ik bijna nooit toe.
Nachten doorhalen zit er al heel lang niet meer in. Ik heb ergens een vage herinnering van in het weekend gaan stappen en dan zonder slapen naar mijn baantje als ontbijt serveerster of direct door naar karate training. Een jaar of tien geleden omschreef ik mezelf nog als avondmens – dan werd mijn concentratie en productiviteit naarmate de avond vorderde beter, ondanks dat ik een peutertje had rondlopen. Dat ik ’s avonds kon vlammen had er vast mee te maken dat zij dan rustig sliep. Op feestjes ben ik er tegenwoordig rond middernacht wel weer klaar mee. Als ik al ga. Zou ik een ochtendmens zijn geworden?
Vaak ben ik voor vijf uur al wakker en lig ik te luisteren naar het oorverdovende gekwetter van de vogels. En bijna iedere dag denk ik: ” Zal ik eruit gaan? Een vroege ochtendwandeling maken?” Dat is me nog geen enkele keer gelukt. Ik heb gewoon de rust nodig om de accu weer op te laden zodat ik de dag al dieselend door kom. Maar voor het opladen van de accu heb ik ook dat wandelen echt nodig. Al doe ik dat dan liever overdag en in het stiltegebied bij mijn woonplaats, in plaats van om vijf uur ’s ochtends tussen de kwinkelerende vogels voordat ik weer op de fiets stap naar het station. Balans, daar draait het om. Een soort van bewegend evenwicht tussen inspanning en ontspanning, tussen inspirerende hectiek en serene rust.
Ik ben gezond – op die hiv na dan. De medicatie die ik slik bevalt me goed en ik voel me nu fitter dan toen ik begin 30 was met een afbrokkelend immuunsysteem. Ik eet gezond, fiets en wandel, let op mijn gewicht, doe aan yoga en tuinieren.
Hoe actief en vastberaden ik ook ben, ik merk opeens dat mijn aartsluie puberdochter me op haar sloffen inhaalt met fietsen, me eruit loopt als we een trein moeten halen, met gemak met een hand de boodschappen uit de auto tilt en binnen zet. De kracht van de jeugd? Zal best. Maar de andere kant is ook waar: ik ben gewoon 54. Een dag je ouder. Opeens voel ik het.
Reina